doorzoek de gehele Leestrommel
Leestrommel
Leestrommel

a b c d e f g h i j k l m n o p q r s t u v w x y z

Thérèse Hoven: Artisten-droom
Hollandsche novellen (jaargang 1, nr, 14)
Voorburg: Uitgeverij Voorburg, 1905 (pag. 841-873)

 


Inhoudsopgave *

boekomslag

Een tekstpagina van de roman.

1 Toen oom Chris, als gepasporteerd onder-officier, uit Indië was teruggekomen, met één arm en met de Militaire Willemsorde, die hem het gemis van zijn linker-vleugel moest vergoeden, zooals hij zei, ging Toontje een middag met hem uit en toen ze samen thuiskwamen, had ze een groot pak bij zich. Lezen

2 als de juffrouw haar inkoopjes deed en moe hielp zelf, dan lei ze der altijd een paar scheefjes meer op.
Vader zei der ook niks van; de man was veuls te goed om 't een ander niet te gunnen.
Maar de viool, dat was een andere sjose! Lezen

3 Haar nieuwe viool was haar alles.
Ze studeerde flink; de buren zeien, dat 't kind van den spekslager haar viool expres zoo hard krassen liet, dat de menschen 't geschreeuw van de varkens, die haar vader doodmaakte, niet zouden hooren. Lezen

4 Juffrouw Van Baerle drukte 't Tonia goeed op het hart, dat zij er veel verplichting door maakte, dat zij er zich 'n groote schuld door op de schouders laadde en dat zij dus genoodzaakt zou zijn, dubbel haar best te doen. Lezen

5 Een paar keer - bij gelegenheid van het kinderbal, was de heele klasse gevraagd en zij niet.
Nu, dat was niet prettig; in een zwak ogenblik had ze 't huis aan moe verteld en die had haar getroost door te zeggen, dat 't maar goed was ook, want dat ze toen geen witte baljurk met lage schoentjes en een soortie en een rijtuig en alles, wat er bij hoorde, had kunnen hebben. Lezen

6 zoo is en dat het wel altijd zoo blijven zal, vraag ik je ernstig af: "Nu dat je eenmaal ondervonden hebt, wat je wacht, ben-je nu toch bereid voort te gaan op den ingeslagen weg, wil-je alles trotseren om je doel te bereiken en is de hoop op een gulden toekomst sterk genoeg om je alle kleine onaangenaamheden te doen verduren?" Lezen

7 En 't was, of de vaste klanten, die thuis bediend werden, de burgermenschen, die altijd eens in de week varkensgehakt en eens carbonade aten - en de rijkelui, wier dienstboden een paar keer per week iets van den spekslager hadden, een afsprakje hadden gemaakt om dood te gaan of de stad te verlaten. Lezen

8 Henk begon der over en zei rondement, alsdat hij Toontje gevraagd had om met 'm te trouwen, maar dat zij geen zin in 'm had. Lezen

9 Haar woorden eindigden in een snik, want zoo vlot was 't nu ook niet gegaan en het opgeven van haar artisten-droom was een heel ding voor haar geweest. Lezen




* Verantwoording
De inhoudsopgave is gebaseerd op het genoemde boek.
De cijfers tussen [vierkante haken] verwijzen naar de paginering in het boek. Woordverklaringen tussen [vierkante haken] zijn van de auteur.
Voor kennelijke fouten die aan mijn waarneming zijn ontsnapt, hou ik me aanbevolen.
Vilan van de Loo