Zaterdag 20 mei 2007: "Helder gezien": Ronald Pino
Vooral in tijden van twijfel en zorgen gaan we graag naar een helderziende
in de hoop dat hij of zij hen wat positiefs te melden heeft. Wat doet een
helderziende wanneer hij juist negatieve feiten te melden heeft? Wat is
helderziendheid? Spreekt er een hogere dimensie in onze dromen?
Ronald Pino is geen helderziende, maar wel een dromenduider op een spirituele / religieuze manier. Wat hebben dromen ons te vertellen? Dat is
een vraag waar Ronald Pino verschillende antwoorden op geeft.
Vrijdag 18 mei 2007: Prins Hugo de Eerste
Wie ‘carnaval’ zegt, denkt beslist niet meteen aan Indische mensen. Dat
uitbundige past niet zo goed bij de hun ingetogen aard. Prins Hugo de
Eerste is hierop een grote uitzondering.
Hij was de eerste Indische Prins
Carnaval van Nederland, maakte alle kleren zelf (ook voor de dansmariekes)
op zijn naaimachine, richtte verenigingen op en is nog altijd actief. Een
man voor elk feest!
Vrijdag 25 mei 2007: Carl en Netty Brakkee van Stichting Pa van der Steur
‘Bent u ook een Steurtje?’ klinkt bijna als een onderscheiding. Dat is het
misschien ook wel een beetje. Opgroeien onder de hoede van Pa en Ma van
der Steur betekende opgroeien in een sfeer van zorg en regelmaat.
Dat werk
zet de Stichting voort. Carl (een 'Steurtje') en Netty Brakkee ontvingen
een koninklijke onderscheiding voor hun werk voor de Stichting.
Dinsdag 22 mei 2007: Mijnheer Go van Tojo Semarang
Mijnheer Go is tokohouder aan in Den Haag. Zijn Toko Semarang was en is
nog altijd een ‘klein Indië’ waar mensen elkaar op de hoogte houden van de dagelijkse dingen, en waar iedereen tevreden de winkel verlaat.
Een
bijzondere man, die vertelt over zijn opleiding, de wending die zijn leven
nam, zijn grootvader die ooit, vroeger, kapitein der Chinezen was, en de
toekomst als tokohouder.
Maandag 28 mei 2007: Jo Uneputty en Tante Gi Werinusa
Jo Uneputty betoverde iedereen met haar Molukse vertelkunst: de zaal was
stil toen oude beelden weer tot leven kwamen.
Tante Gi Werinusa kon dat ook, maar anders. Zij vertelde
over de oorlog, wat ze als meisje had gezien en als vrouw
niet kon vergeten. De gevangenen naast het huis. Het werk
dat ze deden. De mishandelingen. Later in het dorp de strijd
tussen Moslims en Christenen. De herinneringen waren soms
zo levendig en droevig, dat ze alleen in de oude taal verteld
konden worden. Op die momenten vertaalde haar dochter in het
Nederlands. De zaal luisterde ademloos.
|